(door Mark de Rooij)
ZWOLLE – De tijd dat HFC Storica het nieuws haalde met mooie resultaten ligt alweer ruim twee jaren achter ons, maar voor trainer Chris Sorries is dat geen reden om het bijltje er bij neer te gooien. Ook na een seizoen (16/17) waarin de club vijf puntjes sprokkelde en een eerste seizoenshelft met elf achtereenvolgende nederlagen, wil hij van opgeven weten. “Als je nu opgeeft, is al het werk voor niets geweest.”
De trainerscarrousel draait, ook in Zwolle, op volle toeren, maar Storica hoeft niet op zoek. Sorries blijft de club trouw, door dik en dun, zelfs na een half seizoen waarin een 2-5 nederlaag tegen EZC’84 wordt aangegrepen als strohalm. “Het zag er goed uit. Ik ben blij dat we zo konden afsluiten”, zegt Sorries over de wedstrijd tegen de nummer zeven van 4C, de kelder van het amateurvoetbal. De trainer had goede hoop dat er na de aansluitingstreffer (2-3) meer inzat, maar een gebrek aan inhoud plus een noodgedwongen wissel van sterkhouder Stefano Chaar leidden tot een 2-5 nederlaag. “Die bindt twee, drie man aan zich. Toen die eruit moest, kregen we het zwaar.”
De trainer en oud-speler van de club is net als vorig seizoen niet te benijden, maar hoeft in ieder geval niet bang te zijn om op straat worden gezet, grapte voorzitter Freddy Jansen eerder dit seizoen al met veel gevoel voor understatement.
Wat drijft Sorries om zijn schouders eronder te blijven zetten bij een vereniging die ten dode lijkt opgeschreven en waar hij regelmatig met acht man of minder staat te trainen? “Ik vind het hartstikke leuk om te doen”, is het resolute antwoord van de Zwollenaar. “En ik doe het ook voor de jongens waar ik al heel lang een band mee heb, jongens waar ik zelf nog mee gevoetbald. Zolang die blijven, ga ik ervoor.” Sorries doelt op de gebroeders Orfeo, Stefano en Andreas Chaar, sterkhouders van Storica door de jaren heen. “Andreas en Orfeo komen elke week vanuit Almere. Als je ze dan voor de training weer aan ziet komen lopen met een glimlach, dan weet je dat je niet kunt stoppen.” Sorries heeft respect voor de instelling van de broers. De tegenstelling met sommige medespelers is groot. “Er zijn jongens uit Zwolle die spelen liever FIFA op de bank dan dat ze komen trainen.”
Sinds Dieze West een zaterdagvereniging is geworden, moet Storica het kunstgrasveld delen met de buurman op trainingsavonden. Voorzitter Jansen gaf al eens aan open te staan voor een fusie, maar de affectie bleek niet geheel wederzijds. Dieze West zag te weinig voordelen in een samengaan. Sorries betreurt dit. “Als je kijkt naar het Hoge Laar en de situatie van beide clubs, dan moet je zeker over samenwerking nadenken. Als je bestaansrecht wilt houden, moet je iets. We trainen nu toch al samen, op één veld! Nu hoeven de eerste elftallen niet meteen samen, maar probeer in ieder geval iets”, is Sorries van mening.