BINNENSTAD - Museum de Fundatie laat van 5 september tot en met 3 januari 2021 recent werk van Anneke Wilbrink (1973) zien. Haar kleurrijke schilderijen tonen een omgebouwde wereld die balanceert tussen sciencefiction en het hier en nu.
Grootstedelijke architectuur gaat bij haar hand in hand met ongerepte landschappelijkheid. In de schilderijen van Wilbrink lijkt het of de wereld in een deeltjesversneller terecht is gekomen. Futuristische landschappen zijn gevuld met wolkenkrabbers, psychedelische bloemen en bomen geplaatst tegen een achtergrond van blauwe luchten en rotsmassief. Haar werelden roepen herkenning op, met bijvoorbeeld de Erasmusbrug in Rotterdam en de Nieuwe Toren in Kampen (de stad waar ze de academie deed), wat direct daarna oplost in het visuele spektakel van wat er verder te zien is.
Futuristen
Wilbrink is volgens het museum absoluut schatplichtig aan de Italiaanse Futuristen. “Snelheid, energie, een krachtig lijnenspel en technologie buitelen over elkaar heen in eenzelfde compositie. Ze is een schilder ‘pur sang’ en zoekt in elk doek naar de balans tussen materiaal, compositie en kleur. Het is krachtige, pure schilderkunst, vermomd als sciencefiction. Haar werk spoort je aan te realiseren hoe mooi de wereld is en hoe belangrijk het is die te onderhouden.”
Protestsong
Zelf zegt Wilbrink dat haar werk ‘een protestsong’ is, ‘maar dan zonder gepreek’. De dynamische landschappen zijn samengesteld als een collage, vaak vol en druk zoals ook het dagelijks leven zich aan ons opdringt. Wilbrink ontving in 2006 de Koninklijke Prijs voor de Vrije Schilderkunst. Haar eerste expositie bij Museum de Fundatie had zij in 2010 in Kasteel het Nijenhuis. “Hoog tijd om haar recente kunst te laten zien”, zegt Ralph Keuning, directeur Museum de Fundatie. “Voor mij zit de fascinatie voor het oeuvre van Anneke Wilbrink in wat er allemaal gebeurt. Ik stap in haar wereld, maak er even deel van uit en besef dan dat het een schilderij is waarin ik me begeef. De tentoonstelling sluit mooi aan op het werk van haar leeftijdsgenoot Martin Kobe uit Leipzig, dat hiervoor op deze wand hing.”