(door Harry Bouwhuis)
ZWOLLE - Zaterdag vindt de zestigste editie van De Ster van Zwolle plaats. Bijna zes decennia lang regen, sneeuw of windstilte, eendagsvliegen en topwinnaars. Het peloton wordt om 12.00 uur op het Grote Kerkplein weggeschoten door wielerlegende Hennie Kuiper.
Toen Jan Rol uit Alkmaar in 1961 de eerste Ster van Zwolle won, destijds nog simpelweg rondjes fietsen op de Zwolse Veemarkt, hadden weinigen gedacht dat anno 2020 De Ster nog springlevend zou zijn. Een wielerklassieker op een fraai parcours rondom Zwolle waarin vrijwel alles besloten ligt. Grimmige omstandigheden met sneeuw, regen en wind maar ook windstille en voorjaarsachtige afleveringen.
Doorgaans staat De Ster voor ‘stoempende’ renners in hun eenzame strijd tegen de elementen. Winnaar Piet Hoekstra kwam in 1976 met ijspegels in zijn baard over de finish. En in misschien wel de zwaarste editie in 2006, met slechts 29 finishende renners, klopte winnaar Marvin van der Pluijm na afloop de ijsblokken uit zijn wielerschoenen. Maar De Ster kent ook haar milde kanten. Zoals in 2001. De lentekoers werd een eenvoudige prooi voor Rudie Kemna, kopman van de toen oppermachtige Bankgiroloterijploeg. “Hij had zelfs op een transport- of bakfiets nog gewonnen”, was de typisch ‘Kneteriaanse’ reactie van wijlen bondscoach Gerrie Knetemann aan de meet op de Zwartewaterallee.
Ben Zomerdijk
Jan van Ommen was in 2001 de opvolger van de markante Zwolse wielerjournalist Ben Zomerdijk die De Ster op de kaart zette. Hij weet nog goed dat Zomerdijk moeite had zijn ‘kindje’ af te staan. “Ik had al zoveel wedstrijden georganiseerd maar Ben belde wel vier keer per dag op om mij op allerlei zaken te wijzen. Want er was voor hem niets groters dan De Ster. En terecht. Want De Ster is zo bijzonder, vooral door de vele gezichten. Soms vriendelijk, maar ook meedogenloos en keihard. En iedere renner wil dolgraag op het ereschavot staan. We hebben in al die jaren de meest uiteenlopende winnaars gehad. Van bekende coureurs tot eendagsvliegen en toptalenten.”
Dries Klein stond in 1981, 1983 en 1985 drie keer op de hoogste trede. Michel Cornelisse (1987, 1993), Marvin van der Pluijm (2004 ,2006) en Bert-Jan Lindeman (2010, 2014) waren ieder twee keer de rapste, net als Jo Vrancken, de enige die twee edities achter elkaar won. De coureur uit Linne was de snelste in 1969 en 1970 en werd in 1973 prof bij de Canada Dry-formatie van Ton Vissers. Hij nam in dat jaar deel aan de Tour de France, maar werd in de achtste etappe op de Galibier uit de strijd genomen. Het was na één seizoen al over voor de Canada Dry-ploeg waar armoe troef was. De Limburger ging door bij het bescheiden Tim Oil. Hij won in 1974 zijn eerste profkoers, notabene in zijn geboorteplaats Linne. Hij koos daarna voor een lucratievere baan als metselaar. Het verhaal is illustratief voor meerdere Ster-winnaars die, eenmaal belandt in het profmetier, afhaakten.
Waaierkoers
“Nee, winnen in De Ster is nooit de garantie voor een glanzende profcarrière”, weet Van Ommen. “Daar komt meer voor kijken zoals ook een goede ploeg. Maar De Ster is wel een beste leerschool om bijvoorbeeld het ‘waaierkoersen’ goed te beheersen.” De zestigste editie is weer internationaal en blijft bovendien onderdeel van de Topcompetitie. De wildcards gaan naar de buitenlandse ploegen. De Zwolse Hanzerenners, voor wie meedoen al het summum was, ontbreken daarom. Van Ommen is content met de deelnemerslijst. “175 renners met daarbij veel kanshebbers. Alle bekende continentale formaties doen mee maar ook opleidingsploegen als Jumbo Visma, Sunweb en Team Reggeborgh zijn er.”
Fabio Jakobsen
Van Ommen tipt de winnaar van 2019 Coen Vermeltfoort opnieuw als één van de favorieten. “Hij heeft het karakter en de ploeg ervoor, vooral als het zwaar is. Want de elementen maken een koers altijd hard. De mooiste Ster-winnaars zijn voor mij degenen die later doorbreken.” Van Ommen doelt onder meer op Fabio Jakobsen de winnaar van 2017. “Fabio behoort nu al tot de absolute internationale sprinttop. De manier waarop hij pas geleden de slotetappe van de Ronde van Valencia won is alleszeggend. In 2017 stond hij hier als winnaar op het ereschavot. Dat maakt mij trots. De stad Zwolle mag ook best prat gaan op de uitstraling van De Ster. Want die status blijft uniek. Ook na zestig jaar.”