ZWOLLE - De kleine biomassacentrales in Zwolle moeten zo snel mogelijk sluiten, vinden PvdA en D66. Zij zien de grotere nog geplande centrale op Voorst het liefst helemaal niet komen, maar als dat wel moet dan onder strikte voorwaarden.
Beide partijen concluderen dit na het advies dat de Sociaal-Economische Raad (SER) onlangs uitbracht. Mart Oude Egbrink van de PvdA en David Hof van D66 manen het Zwolse college tot actie.
Vergunning
In Holtenbroek (Muziekbuurt), aan de Vrolijkheid en in Breecamp zorgen kleine biomassacentrales, door de verbranding van resthout, voor de verwarming van huizen en bedrijven. Begin dit jaar verleende de gemeente een vergunning voor een grotere biomassacentrale op Voorst. “Hierover maken veel Zwollenaren zich terecht grote zorgen”, zeggen de PvdA en D66. Ook deze partijen zijn al langere tijd kritisch over biomassa. Zo vroegen ze afgelopen november de wethouder terughoudend voor nieuwe initiatieven: “Desalniettemin koos het college ervoor om de nieuw te bouwen centrale op Voorst geen strobreed in de weg te leggen.”
Strategie
Met het advies van de SER in de hand stellen beide politieke partijen nu vragen aan het college van burgemeester en wethouders. Het doel is dat het college de uitkomsten van de SER gaat toetsen en op basis daarvan het beleid bijstellen. Wat de PvdA en D66 betreft is er een duidelijke strategie van het Zwolse college nodig: “Bestaande biomassacentrales in Zwolle moeten gesloten worden. Hiervoor zijn prima alternatieve duurzame opties beschikbaar als zonne-energie, windenergie en eventueel geothermie. Zolang de centrales nog wel in gebruik zijn, willen we van het college weten hoe we dat zo duurzaam en met zo min mogelijk overlast kunnen doen.”
Alternatief
Ook voor de beoogde grotere biomassacentrale op Voorst hebben de PvdA en D66 vergaande plannen. “Is het nog logisch de centrale te bouwen? Is er echt geen duurzaam alternatief denkbaar binnen een aantal jaren?”, vragen zij zich af. “Het risico is immers dat er straks een centrale staat, terwijl na een aantal jaar een alternatief voorhanden is. Blijft die centrale dan nog twintig jaar staan, omdat deze er toch al staat? Is dat wat we willen? Als die centrale er ondanks alles toch moet komen, vinden wij dat nu al gebouwd moet worden volgens de aangescherpte emissie-eisen die minister Wiebes wil laten gelden vanaf 2022. Want het kan toch niet zo zijn dat de inwoners in Frankhuis de laatste groep is die last krijgt van uitstoot, alleen omdat de eisen voor de centrale op Voorst nog nét niet golden.”